Het hoge woord is eruit. Op 10 juni 2022 boden de ministers Van der Wal (Stikstof) en Staghouwer (LNV) twee brieven aan de Tweede Kamer aan. Met de 'Kamerbrief bij aanbieding Startnotitie van het Nationaal Programma Landelijk Gebied’ en de 'Kamerbrief over perspectieven voor agrarische ondernemers’ ontvouwen zij hun doelen, plannen en kaders voor een gebiedsgerichte aanpak om de landbouw in Nederland te hervormen. We geven u een samenvatting van de plannen.
In het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) heeft minister Van der Wal richtinggevende keuzes en (regionale) doelen vastgelegd om de landelijke doelen te halen. Dit programma vormt de basis voor de uitwerking van integrale gebiedsprogramma’s door de provincies. In het NPLG staan drie kerndoelen centraal:
Eén van de landelijke doelstellingen is dat van 74% van het areaal stikstofgevoelige natuur onder de Kritische Depositie Waarde (KDW) moet vallen in 2030. Voor de landbouw (veehouderij) betekent dit, dat een reductie van 39 kiloton NH3 nodig is. Om dit te realiseren heeft minister Van der Wal onderstaande kaart opgesteld met richtinggevende emissiereductiedoelstellingen per gebied. De kleuren staan voor verschillende typen reductiedoelstellingen van ammoniakemissie.
In de kaart is te zien dat de focus ligt op reductie van ammoniakemissie in transitiegebieden & veenweidegebieden (47%), reductie volgend uit depositiepotentie Gelderland (58%), ring rondom stikstofgevoelige N2000 gebieden (70%), Natura 2000-gebieden en NNN-gebieden (95%). Klik hier voor uitleg van deze begrippen en een nadere toelichting van de planning van de NPLG.
Kortom, het NPLG is een richtinggevend en kaderstellend document vanuit de Rijksoverheid, waarbij het op dit moment onzeker is hoe de uitwerking gaat zijn in provinciale gebiedsprogramma's. De definitieve uitwerking van de provinciale gebiedsprogramma's zal voor de zomer van 2023 worden gepresenteerd.
De provincies zijn nu aan zet. Zij moeten in samenspraak met de landbouw een gebiedsgerichte aanpak (GGA) maken. Het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) is een belangrijk vertrekpunt hiervoor, maar er zijn ook andere kaders zoals bijvoorbeeld het 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn. Tevens willen de ministers Kringlooplandbouw (in evenwicht brengen van voer, mest en bodem) verder concretiseren. Dit alles moet voor de agrarische ondernemers leiden tot een rendabele bedrijfsvoering, omdat anders een transitie niet mogelijk is.
Provincies kunnen gemotiveerd van het NPLG afwijken als uit de gebiedsprocessen blijkt dat een andere verdeling passender is. Er is namelijk nog geen rekening gehouden met andere sectoren zoals industrie en mobiliteit (NOx). De nieuwe ‘Ecologische Autoriteit’ zal de gebiedsprogramma’s toetsen.
Aanvullend aan het Nationaal Programma Landelijk Gebied van minister Van der Wal heeft minister Staghouwer van Landbouw het visiedocument ‘Perspectieven voor agrarische ondernemers’ opgesteld. Hierin staat hoe hij richting en steun wil geven aan het toekomstperspectief voor agrarisch ondernemers.
Zo gaan er landbouwkundig bekeken aanzienlijke verschillen ontstaan tussen de diverse regio’s. Er komen gebieden waar de landbouwfunctie leidend is voor inrichting van het landelijk gebied, maar er komen ook gebieden waar de landbouw extensiever moet worden. Hier moet de landbouw in optiek van de overheid een transitie maken en vraagt men ondernemers om te kiezen uit (een mix) van onderstaande punten:
De beoogde transitie zal met name in regio’s rondom Natura 2000-gebieden, uitspoelingsgevoelige (zand)gronden en veenweidegebieden plaats moeten gaan vinden.
Voor alle regio’s geldt dat rundveehouderij in 2032 grondgebonden moet zijn. Dit betekent dat alle mest op eigen grond afgezet moet worden en/of in een samenwerkingsverband op grond van een andere agrarische ondernemer.
De Intensieve veehouderij moet zich (blijven) richten op het omzetten van reststromen naar eiwitten en voor mensen benutbare producten. Daarnaast moet deze sector zich bezighouden met het verwerken van mest, zodat deze ook dienst kan doen als kunstmestvervanger.
De overheid wil toe naar meer bedrijfsgerichte doelsturing, zodat de ondernemer binnen gestelde kaders zijn eigen keuzes kan maken. Dit vereist dat de overheid duidelijke doelen maakt op bedrijfsniveau en ze is dan ook voornemens om op bedrijfsniveau Kritische Prestatie Indicatoren (KPI's) vast te stellen. Hierbij denkt de overheid onder andere aan KPI's op gebied van Stikstofbalans, Ammoniakemissie, Fosfaatbalans, Eiwit van eigen land, Broeikasgasemissie, Energiebalans, Organische stof balans, Gewasdiversiteit, etc.
De Overheid wil, vanuit hun perspectief bekeken, ondernemers zo veel mogelijk faciliteren in het beoogde transitieproces. Bijvoorbeeld door fiscale regelingen, beschikbaar stellen van subsidie, afgeven van borgstellingen, gratis advies op basis van vouchers en het bieden van omscholing.
De markt waarin de landbouw haar producten afzet is een Europese/mondiale markt. De Nederlandse overheid wil dan ook inzetten op Europees Gemeenschappelijk Landbouwbeleid dat de beoogde transitie ondersteunt. Ook zit de overheid in op handelsverdragen met een zo hoog mogelijke standaard met betrekking tot verduurzaming en dierenwelzijn.
Deze transitie raakt niet alleen de primaire landbouwbedrijven. De transitie heeft namelijk betrekking op de hele keten. Er is dan ook een belangrijke rol weggelegd voor ketenpartners en consumenten. Minister Staghouwer geeft aan dat hij verwacht dat ketenpartners leidend zijn in de transitie en gaat hierover met de ketenpartners in gesprek.
De veevoersector krijgt een belangrijke rol in de Nationale eiwitstrategie en zal bij moeten dragen aan verduurzaming van de veevoerproductie. Veevoerproducenten moeten de milieuvoetafdruk verlagen, door het meer kringloopwaardig maken van veevoer en daarmee dus de dierlijke productie. Denk hierbij aan het:
De overheid stelt een forse transitie voor met veel impact op de sector en de samenleving. De provincies zijn nu aan zet om deze doelen en kaders om te zetten in concreet beleid. Vanuit ForFarmers FarmConsult staan wij voor u klaar om u te ondersteunen in dit proces en u van adequaat advies te voorzien. Heeft u vragen? Neem dan contact op via 0573 - 28 89 89 of mail naar farmconsult@forfarmers.eu
Wilt u uw PAS-melding legaal houden? Geef dit dan vóór 1 oktober 2020 aan RVO door.
Lees over de uitspraak van het Europese Hof van Justitie en de consequenties voor de Nederlandse veehouderij.
Neem nu contact op
Aanmelden
Ga naar ForFarmers